Een van mijn favoriete tv-programma’s op zondagavond is Las Vegas, over de belevenissen van een denkbeeldig casino in de Amerikaanse woestijnstad. Ik geef toe: een serie met een hoog boys will be boys-gehalte. Maar als ontspanning kan het tellen. Zeker in de aanloop naar een drukke werkweek.
Enkele weken geleden maakten de scenarioschrijvers het wel bont. In die aflevering probeerden jonge MIT-studenten op alle billboards van Las Vegas een slogan van hun universiteit te krijgen. Dit in het kader van een weddenschap. Een soort graffiti van de 21e eeuw dus.
Hoe komen ze erbij, moet ik toen gedacht hebben. Maar intussen heeft de realiteit de fictie ingehaald. Enkele dagen geleden zetten Russische hackers in hartje Moskou pornobeelden op een 9 bij 6 meter groot reclamescherm. Dit in plaats van de reguliere advertenties. Het voorval zorgde voor veel verkeersopstoppingen en de nodige opschudding.
Securitybedrijven zien een trend in de toename in ontregeling van allerlei ‘openbare technologieën’, zoals voor lichtkranten en billboards. Al blijkt het voorlopig nog wel om eerder onschuldige schelmenstreken te gaan. Wat me meteen doet denken aan de goede tijden van hacking aan het eind van vorige eeuw. Hacken deed men niet voor het geld, maar wel voor het aanzien.
In de VS, waar zich ook al gelijkaardige toestanden afspeelden, plaatsten computercriminelen onlangs het jolige 'Zombies in Area. Run!' op panelen boven de autosnelweg. Ze kregen dit voor mekaar door in te breken in het plaatselijke contentsysteem met het standaard wachtwoord: DOTS. Waarmee billboardhacking dus eigenlijk toch geen echte trend is. Want onveilige paswoorden zijn nu eenmaal van alle tijden. Reclamepanelen of niet.